In deze editie van ‘De spreker spreekt’: Gerben van Driel. Geen spreker, maar dagvoorzitter. Een even, zo niet nog belangrijker, onderdeel binnen een inhoudelijk event. Met ruim 10 jaar ervaring bij de televisie, zowel voor als achter de schermen, weet Gerben de juiste tone of voice neer te zetten op zakelijke evenementen. Hij benadert ieder evenement zoals hij een televisie item benadert en daar word jij blij van.
Lees ook
Hoe ben je het eventvak ingerold?
“Ik heb veel TV-werk gedaan en me dus lang niét op events gericht. Maar in coronatijd bleek dat er veel behoefte was aan hosts die online events konden begeleiden. Daar werd ik voor gevraagd en ik voelde meteen een fascinatie. Zo is het balletje gaan rollen. Daarnaast ben ik een paar jaar geleden trainingen gaan verzorgen bij bedrijven om mensen in staat te stellen op effectieve wijze hun verhaal te vertellen. Ideeën kunnen namelijk nòg zo goed zijn, als je ze niet kunt overbrengen bereik je niets. En daar help ik sprekers bij.”
Wat is jouw vorm als dagvoorzitter?
“Ik vind het mijn eer te na om sec een spreekstalmeester te zijn. Ik ben daar om een verschil te maken. Dat zit hem op twee fronten. Allereerst wil ik een goede sfeer creëren. Een event moet leuk en levendig zijn voor bezoekers. En sprekers moeten zich op hun gemak voelen om het achterste van hun tong te laten zien. Aan mij om die sfeer te creëren.
Daarnaast wil ik inhoudelijk een steentje bijdragen. Een evenement moet iets teweegbrengen. Ik verdiep mij dan ook in wat er speelt binnen de organisatie/doelgroep. Is er een ‘elephant in the room’? Dan breng ik die ter sprake. Op een respectvolle, leuke en constructieve manier. Met mogelijk wat speldenprikjes, ik ben immers wel Powned-verslaggever geweest.”
Hoe kijk jij naar het landschap van dagvoorzitters?
“Er zijn veel dagvoorzitters. Op de grote namen na ken ik ze echt niet allemaal. Iedereen zal zijn eigen manier van hosten hebben. Je kunt je dan ook afvragen wat Van Driel daar aan kan toevoegen. Maar ik denk dat ik met mijn stevige wortels in de zakenwereld én mijn tien jaar televisie-ervaring een uitgebreide toolbox meebreng. Deze combi is best uniek. Plus ik heb bij sommige dagvoorzitters het gevoel dat zij zichzelf belangrijker maken dan dat ze horen te zijn. Ik ben echt een dienende dagvoorzitter. Het gaat niet om mij. Het gaat om het event.”
Ga je tijdens pauzes of na afloop met gasten in gesprek?
“Ik krijg vaak terug dat mensen mij betrokken vinden. Wat dat betreft sterf ik bij wijze van spreken liever dan dat men over mij zegt dat ik ongeïnformeerd of ongeïnteresseerd ben. Dat is toch mijn journalistieke nieuwsgierigheid. Ik ben ‘part of the team’ voor mijn gevoel. Ik ben niet alleen onstage gastheer, maar ik wil ook daarbuiten representatief zijn.”
Wat vind jij een fijne setting om in te werken?
“Ik ben ongelofelijk gewend om te improviseren. Echt waar, ik zie wel wat ik aantref. Dan ga ik roeien met de riemen die mij aangereikt worden. In de studio voel ik mij als een vis in het water, maar ook in een weiland doe ik mijn ding. Wat dat betreft is het fijn dat ik als verslaggever echt overal ben geweest en alle omstandigheden al een keer heb meegemaakt. Ik raak echt niet snel van mijn a propos. Dat zorgt er ook voor dat ik gasten gemakkelijk kan geruststellen als dingen niet precies lopen zoals de bedoeling was. Ook daarin is weer het voordeel dat ik sprekerscoach ben; ik kan ze ter plekke trainen tijdens de repetitie.”
Kan je iets meer over die trainingen vertellen?
“Ik train sprekers, waarbij het me in eerste instantie niet gaat om hoe ze presenteren maar vooral om wàt ze presenteren. Wie is je publiek? Wat wil je vertellen? En hoe kun je dat zo interessant mogelijk maken? Veel experts hebben bijvoorbeeld last van de ‘curse of knowledge’. Die zitten zó diep in hun onderwerp dat ze zich niet kunnen voorstellen dat anderen niet automatisch geïnteresseerd zijn. Of het zomaar snappen. Daar krijg je vaak hele saaie of moeilijk te volgen presentaties van. Waar niemand dan dus door geboeid of geïnspireerd raakt. En dat is zonde.
Ik ben zelf bij TV tien jaar lang elke dag gedrild door eindredacteuren met “Hier wordt het saai, dit moet eruit.” of “Dit snap ik niet, dit moet simpeler”. De TV-kijker raak je namelijk zó kwijt. Door dat drillen heb ik een neus ontwikkeld voor ‘het verhaal’. En hoe je dat destilleert uit een brei aan informatie. Deze kennis deel ik nu tijdens mijn training, waardoor elk verhaal scherper wordt. Vaak wordt de performance van de sprekers daarmee automatisch ook al een stuk beter.”
Heb je nog een voorkeur voor welke doelgroep je staat?
“Op zich niet, maar de ervaring leert dat ik vooral in zakelijke omgevingen het best tot mijn recht kom. Ik kom uiteindelijk toch uit een ondernemersgezin en het bedrijfsleven.”
Wat is de leukste vraag of reactie uit het publiek geweest?
“Ik vond het grappig dat tijdens een bijeenkomst voor een waterleidingmaatschappij de vraag aan de directeur werd gesteld of die zelf water bespaarde. Een typisch geval van ‘action speaks louder than words’. De desbetreffende directeur kon er goed op reageren en de vraag ook beetje pareren. Maar ik vond dit een heerlijke situatie. Omdat je goed moet aanvoelen of een gast goed uit de verf komt of dat je hem of haar moet ondersteunen vanuit je rol als dagvoorzitter.”
Beeld: Gerben van Driel