Wie heeft er niet van Burning Man gehoord? Het begon in de jaren 80 als een experiment van excentrieke kunstenaars in alternatieve levensvormen, radicale zelfexpressie en onbegrensd hedonisme. Tegenwoordig wil bijna de hele wereld naar deze jaarlijks opnieuw opgebouwde woestijnstad en is het bijna onmogelijk om aan een van de 70.000 kaarten te komen. Waarom is Burning Man nog steeds zo hot en inspirerend? En wat kun je als nuchtere Nederlander met deze inspiratie? We vragen het aan Robin Hagedoorn, die tijdens zijn jaarlijkse bedevaart naar Burning Man zoveel inspiratie opdeed dat hij daarmee een nieuw hotelconcept bedacht.
Robin: “Wie naar Burning Man gaat, stapt even in een andere wereld. Een experimentele wereld vol kunst en verwondering. Die verwondering stelt je in staat om weer met een frisse blik naar je dagelijkse leven in de normale wereld te kijken. Burning Man is misschien overweldigend, maar je vindt je eigen pad om de puzzelstukjes waar je dan mee rondloopt op hun plaats te laten vallen. Voor mij betekende dat het begin van BUNK.”
Burning Man is principieel anders
Wat Burning Man echt anders maakt dan andere evenementen is dat het rust op 10 principes die door de deelnemers heilig zijn verklaard en strikt worden nageleefd. ‘Leave No Trace’ is daarvan wellicht de bekendste. Het betekent dat je niets mag achterlaten in de woestijn: geen bouwmaterialen, geen afval, zelfs geen douchewater. Daar kun je als Nederlands evenement natuurlijk een goed voorbeeld aan nemen. Inmiddels is er in Nederland dan ook een Green Deal voor festivals. De hierbij aangesloten festivals willen geheel afvalvrij en opereren. Een initiatief wat we van harte toejuichen!
Een logo is een no go
Sommige van deze 10 principes zijn op het eerste gezicht lastig verenigbaar met ‘the default world’, zoals de wereld buiten Burning Man heet. Neem bijvoorbeeld het principe van Decommodification, dat geld en sponsoring afwijst. Zeker is dat er met Burning Man heel veel kosten zijn gemoeid, maar een commerciële partij mag die uitgaven nooit claimen. Op Burning Man zijn banners dus in de ban gedaan en zijn logo’s op producten vaak afgeplakt. Inmiddels zie je ook in ‘default’ Nederland dat steeds meer evenementen en venues af willen van schreeuwerige sponsoring, omdat het zoveel invloed heeft op de beleving van de bezoekers.
Geven maakt gelukkiger dan geld
Op Burning Man gaat Decommodification zelfs een stap verder: Fysiek geld is er niet in omloop. Er is dus helemaal niets te koop, behalve ijsblokjes om zelf meegebrachte drankjes mee te koelen in de snikhete woestijn. En die drankjes geven de deelnemers op grote schaal weg aan andere deelnemers, zonder daar een tegenprestatie voor terug te verwachten. Dit onvoorwaardelijke schenken is voor een calculerende Nederlander misschien wel het radicaalste van heel Burning Man. Toch past het in een lange traditie van de gifteconomie die we ook in Nederland kennen, van weggeefwinkels tot orgaandonatie. En ook op Nederlandse festivals doet schenken langzaam zijn intrede via acties als Doneer je deken.
Principes maar dan wel praktisch
En zo vallen de meeste principes die het zweverige Burning Man zo groot hebben gemaakt wel toe te passen in ons nuchtere kikkerlandje. Veel van die principes klinken radicaal (Radical Inclusion, Radical Self-reliance, Radical Self-expression), maar dat zijn inspiratiebronnen wel vaker. Wil je er, net zoals Robin, zelf dieper induiken en je laten inspireren, maar is de Amerikaanse woestijn een brug te ver? Burning Man houdt zelf een fascinerend blog bij waarin ze de dialoog met hun gemeenschap aangaan over hun 10 principes, waar ze vandaan komen en waar ze naartoe gaan. Voor wie er toch een keer aan wil proeven maar het dichterbij huis wil zoeken, elk jaar vind er in Nederland ook een “Burn” plaats: Where the Sheep Sleep. Dit jaar staat het voor eind juni op de agenda en er zijn nog kaarten voor.